maandag 1 juli 2013

Neder-L column 1


Afgelopen woensdag 29 september, op de trappen van de Vrije Universiteit, na afloop van een even interessante als geanimeerde promotie van Romaniste Margot van Mulken – The Manuscript Tradition of the Perceval of Chrétien de Troyes. A stemmatological and dialectical approach – vroeg onze moderator, Ben Salemans, mij of ik voor Neder-L een column zou willen schrijven. Natuurlijk wil ik dat, maar wilt u hem lezen?     Waar hij over gaan zal? Weet ik nog niet. Ik kijk altijd eerst welke groente er is en bepaal dan pas wat wij gaan eten. Hij zal over Neder-L gaan, maar zeker niet in de allereerste plaats. U hoef ik niet te overtuigen van het belang van Neder-L, dat het verdient om uit te groeien tot een regulier elektronisch tijdschrift, vergelijkbaar met Dokumentaal.

Ik stel mij voor te schrijven over het digitaliseren van teksten, over het maken van software-edities, over het wel en wee van de Faculteit der Letteren UvA, over computers, over serieuze en speelse programma’s, over wat er bij mij in de buurt gebeurt, kortom ik sluit niets bij voorbaat uit.

Momenteel gaat veel van mijn aandacht zitten in de aanschaf van een nieuwe computer. Mijn derde. De eerste was een 4.77 MHz Bondwell, 256 Kb op het moederbord, 2 x 360 Kb floppy drives, MDA beeldscherm en een 300 baud modem. Kostte mij fl. 5500. Wij schrijven november 1985. Het jaar erop een harde schijf uit Amerika geïmporteerd, tezamen met een klok-kalender-geheugen-kaart en de kersverse Mace Utilities. Uiteindelijk werd via een tweede kaart het geheugen tot 640 Kb opgehoogd.

Op Goede Vrijdag 1989, rond de klok van vier, was ik bezig met een grappig bedoelde recensie over wat er fout kan gaan tijdens het maken van boeken – wie de eerste oplage van de Brandaen-editie van Oskamp aandachtig bekijkt, zal zien dat het fotootje op het cirkeltje op het voorplat over een foto van Justus van Effen heengeplakt zit! En wie de reprint van Die Rose van Heinric ter hand neemt, zal zien dat daarop het Comburgse handschrift is afgebeeld, waarnaar deze editie van Verwijs nu juist niet geëditeerd is – naar aanleiding van Gerrit Komrij’s vertaling van de Abele spelen (boek ligt inmiddels in de ramsj). Niet zozeer over de vertaling als wel over de licht doorregen jonge vrouw die het omslag siert, en die wij op het schutblad achter nog een keer in vol ornaat tegenkomen: “vet ende starc” zou Cantecleer zeggen. “De ontwerpster wilde [...] met deze afbeelding, waarvan uitvergrote details voorafgaan aan ieder spel, de erotiek in de toneelstukken tot uitdrukking brengen”, Bart Besamusca, NTg 82 (1989), afl. 5, p. 469.
     Welnu, wie opgegroeid is met legpuzzels ziet meteen dat de Rubensiaanse huidplooien op het schutblad van het voorplat ondersteboven staan. En wie enigszins verstand heeft van vrouwen in de middeleeuwse literatuur ziet dat bij het illustreren van deze vertaling van de Abele Spelen een vergissing gemaakt is: dit is namelijk een foto van Marieken van Nieumeghen, zoals zij te pronk lag in herberg In de Gulden Boom te Antwerpen! Hoofse jonkvrouwen zijn niet mollig maar slank.

Terwijl ik hiermee mijn zinnen verzette – ik was in het allerlaatste stadium van mijn proefschrift, de fase die zich het best laat vergelijken met het met de mond opblazen van een tienpersoons luchtbed – gaf mijn harde schijf de geest en stond gans het raderwerk stil. Natuurlijk had ik een backup. Twee zelfs. Eén binnenshuis, één buitenshuis. Gemaakt met Fastback. Maar toen ik op Paaszaterdag mijn huidige Mitac 286 12 MHz, 40 Mb kocht, bleek geen van beide backups leesbaar, niet op de Mitac, niet op de PC van mijn zwager, en ook niet op die van mijn buurman. Gelukkig had ik van het proefschrift een extra backup gemaakt, maar ik was wel mijn adressenbestand, mijn agenda en nog veel meer kwijt.

Tip: Wie er zeker van wil zijn dat hem of haar dit nooit zal overkomen, make een backup met het backup-programma dat in PCTools zit. Maak echter geen gebruik van compressie en kies als formaat DOS. Dat kost weliswaar veel meer schijven en het gaat langzaam, maar je weet wél zeker dat je bestanden op elke andere machine leesbaar zijn, onder DOS, onder Windows en onder OS/2.

Ook mijn Mitac – de BMW uit het Verre Oosten – is in de loop der jaren uitgebouwd met extra geheugen, coprocessor, soundblaster en de harde schijf is gestackerd – tot op heden slechts één keer een verminkt bestand gehad – maar nu wordt het toch echt tijd voor een nieuwe machine: VESA local bus moederbord, 33 MHz 486, 256 Kb cache, 8 Mb intern, 250 Mb harde schijf of toch maar meteen 340 Mb?, Speedstar Pro videokaart. Geen Viper, dat zou overkill betekenen. Ik werk niet met Windows, wel met OS/2 en daar heeft de Viper geen drivers voor, en dan heb je niets meer dan een peperdure VGA-kaart. (De beste videokaarten voor OS/2 zijn van ATI, die hebben wel drivers voor OS/2 2.1.)


En dan WordPerfect 6.0. Ik heb het besteld en ben heel benieuwd. Nog benieuwder ben ik naar WordPerfect 5.2 voor OS/2. Maar daarover een volgende keer.



Date: Mon, 18 Oct 1993 12:10 +0100 (MET)
From: Willem Kuiper <kuiper@alf.let.uva.nl>
Subject: Col: 9310.11: Column Willem Kuiper, no. 1

Geen opmerkingen:

Een reactie posten